Lokale omroepen zijn belangrijk en moeten dat ook blijven
Inleiding
De internetconsultatie van de Wet versterking lokale en publieke omroepen is 23 februari van dit jaar gesloten. Deze wet is een voorstel tot wijziging van de Mediawet 2008 (hierna: Mediawet). In dit wijzigingsvoorstel wordt een nieuw stelsel voor lokale omroepen geregeld om deze omroepen meer slagkracht te geven.[1] Het huidige stelsel leidt er namelijk niet toe dat lokale omroepen hun functies goed kunnen uitvoeren. In dit blog ga ik in op het belang van lokale omroepen, het huidige stelsel van lokale omroepen en de belangrijkste onderdelen van het wetsvoorstel.
Wat is het belang van lokale omroepen?
Voor een functionerende democratie is goede en openbare informatievoorziening essentieel. Door de toegenomen decentralisatie is de invloed van de lokale politiek op het leven van burgers gegroeid.[2] Een lokale publieke omroep is van belang om aandacht te vestigen op de lokale democratie en mensen betrokken te houden bij het lokale democratische proces. In dat kader kan aan lokale omroepen een drietal democratische functies worden toegekend. [3] Ten eerste hebben lokale omroepen de taak om burgers te informeren. Burgers moeten immers geïnformeerd worden over de besluiten die worden genomen zodat ze een mening kunnen vormen en invloed kunnen uitoefenen. Ten tweede hebben de lokale omroepen een controlerende functie binnen de lokale democratie. Journalisten moeten in staat zijn om lokale bestuurders te controleren. In dat kader wordt de journalistiek ook wel gezien als een steunpilaar van de democratie. Tot slot hebben lokale omroepen ook een agenderende taak. Dit houdt in dat zij de maatschappelijke kwesties kunnen agenderen in het publieke politieke debat. Hiermee voeden zij als het ware de politiek. Als de lokale omroep bericht over gebrekkige sportfaciliteiten binnen de gemeente, zal een raadslid hier wellicht vragen over gaan stellen. Naast deze democratische functies hebben lokale omroepen een maatschappelijke functie. Zij zijn in staat om burgers met verschillende achtergronden en van verschillende leeftijden met elkaar verbinden.[4] Mensen kunnen op de hoogte worden gebracht over zaken die spelen bij andere bevolkingsgroepen uit de buurt. Hiermee kan de sociale cohesie worden bevorderd.
Wat regelt de Mediawet?
De Mediawet regelt de taken en verantwoordelijkheden van publieke omroepen. Publieke omroepen moeten een breed en divers publiek voorzien van informatie met journalistieke inhoud, cultuur en educatie. Het aanbod moet evenwichtig, pluriform, gevarieerd en kwalitatief hoogstaand zijn.[5] De Mediawet verdeelt de publieke media in drie lagen, namelijk landelijk, regionaal en lokaal. Voor landelijke omroepen is er een erkenningsprocedure waarin omroepen leden moeten werven om tot het bestel toegelaten te moeten worden. Dit geldt overigens niet voor de NOS en NTR, want die hebben een wettelijke taakstelling. In iedere provincie is er één Regionale omroep, maar in Zuid-Holland zijn er twee (in Rotterdam hebben ze het ochtendnieuws namelijk liever op z’n Rotterdams dan in het Haags). Tot slot is het uitgangspunt dat er per gemeente een lokale omroep wordt aangewezen.
Hoe ziet het stelsel van lokale omroepen er momenteel uit?
Lokale omroepen worden aangewezen door het Commissariaat voor de media. Een omroep moet hiervoor aan een aantal voorwaarden voldoen. Zij moet het statutaire doel hebben om op lokaal niveau hun mediataak uit te voeren. Daarnaast moet het media-aanbod ook representatief zijn voor de belangrijkste voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige of geestelijke stroming in de gemeente. De aanwijzing vindt pas plaats nadat de gemeenteraad heeft geadviseerd over de invulling van de voorwaarden. Het Commissariaat is niet verplicht dit advies op te volgen, maar zal dit doorgaans wel doen als het zorgvuldig is opgesteld.[6] Een lokale omroep wordt voor een periode van vijf jaar aangewezen.[7]
In de ideale situatie slaagt de lokale omroep erin om dicht op de lokale politiek te zitten en zijn informerende, controlerende en agenderende functies uit te oefenen. Helaas komt de realiteit niet overeen met het geschetste ideaal. Integendeel, het stelsel van lokale omroepen staan onder druk.[8] De Wenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) spreekt zelfs over een ‘verschraling van het journalistieke aanbod’ op lokaal en regionaal niveau.[9] Met het oog op de toegenomen decentralisatie en de verschillende beleidsdossiers waar de lokale politiek verantwoordelijk voor is, wordt deze verschraling door de WRR vanuit democratisch oogpunt zorgwekkend bevonden. De informatiepositie van burgers verslechtert en de lokale politiek kan onvoldoende gecontroleerd worden. De problemen bij lokale omroepen hebben voornamelijk te maken met de wijze van financiering.[10] Lokale omroepen worden uit het gemeentefonds gefinancierd. Hiervoor wordt per huishouden een bedrag aan het gemeentefonds toegevoegd voor lokale omroepen (dit was in 2025, €1,62 per huishouden). Daarbij zijn gemeenten vrij om te bepalen hoeveel zij van dat bedrag uitgeven aan de lokale omroep. De omroepen zijn hiermee financieel afhankelijk van de gemeenten waarover zij berichten en ten aanzien waarvan zij hun democratische functies uitoefenen. Deze afhankelijkheidsrelatie is onwenselijk. In het verleden zouden er gevallen zijn geweest van omroepen die bewust kwesties niet aan de kaak stelde of daarmee wachtte tot de financiering rond was.[11]
Welke verbeteringen worden aangebracht in het stelsel?
De Wet versterking lokale en publieke omroepen stelt wijzigingen voor over de manier waarop lokale omroepen worden gefinancierd. De regering stelt voor om lokale omroepen vanuit de mediabegroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) te financieren. Het bedrag dat voorheen aan het gemeentefonds werd toegevoegd om lokale omroepen te financieren wordt overgeheveld naar de mediabegroting. Daarbij komt de bekostigingstaak van gemeenten te vervallen. Verder wordt dit bedrag ook structureel verhoogd. De Minister van OCW stelt elk najaar het totaalbudget vast dat beschikbaar is voor het volgende jaar. Dit totaalbudget kan dus jaarlijks wijzigen. Het budget wordt beschikbaar gesteld aan het Commissariaat van de Media, dat op aanvraag van de omroepen een bijdrage zal verstrekken. De verdeling van het budget zal plaatsvinden op basis van een bij algemene maategel van bestuur vastgestelde verdeelsleutel. De verdeelsleutel zal bestaan uit een deel dat voor elke omroep gelijk is en een deel dat afhankelijk is van kenmerken van het lokale verzorgingsgebied.
Met het wetsvoorstel wordt het uitgangspunt dat voor iedere gemeente een lokale omroep is aangewezen, losgelaten. Hiermee wordt gekoerst op schaalvergroting per lokale omroep waardoor de kwaliteit en stabiliteit van omroepen beter kan worden gewaarborgd. Bij algemene maategel van bestuur wordt de indeling verzorgingsgebieden vastgesteld, waarbinnen steeds één lokale omroep wordt aangewezen. Bij wet is geregeld dat dit maximaal tachtig verzorgingsgebieden kunnen zijn. Het aantal lokale omroepen wordt van 224 (op 1 oktober 2024) teruggebracht naar tachtig. Dit betekent dat het verzorgingsgebied van een lokale omroep kan bestaan uit meerdere gemeenten. Hiermee kunnen middelen efficiënter worden ingezet en hoeft niet in elke gemeente afzonderlijk en organisatorische en technische infrastructuur worden opgebouwd. Lokale verbondenheid blijft wel een speerpunt voor de lokale omroep. De lokale verzorgingsgebieden moeten zich binnen een regionale laag blijven onderscheiden. Om dat te waarborgen moet het verzorgingsgebied een kenbare identiteit hebben. Dit kan worden bepaald aan de hand van de natuurlijke habitat van burgers. Oftewel; het gebied waarin de burger leeft.
Tot slot wordt er een samenwerkings- en coördinatieorgaan ingericht voor lokale omroepen. Het is de bedoeling dat de Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) door de Minister van OCW wordt belast met de taken van dit orgaan.[12] NLPO treedt al sinds 2015 als collectieve belangenbehartiger van lokale omroepen. NLPO stimuleert en faciliteert daarbij professionalisering en schaalvergroting. Met de voorgestelde wetswijzing wordt de NLPO een rechtspersoon met een wettelijke taak. Hierbij moet de NLPO de samenwerking en coördinatie tussen lokale omroepen bevorderen, hun gemeenschappelijk belang behartigen, CAO’s sluiten en de doelmatige inzet van middelen bevorderen.
Slot
Het wetsvoorstel maakt lokale omroepen minder (financieel) afhankelijk van de gemeenten waarover zij berichten naar buiten brengen. Hierdoor zijn lokale omroepen in de toekomst beter in staat te stellen om hun belangrijkste functies binnen de lokale democratie uit te voeren. Dit moedig ik vanuit democratisch oogpunt aan. De omroepen kunnen ook meer geld ontvangen. Dit komt doordat het budget zal worden verhoogd en verdeeld over een fors aantal minder omroepen. Daarnaast zal het geld dat voor de omroepen wordt gebudgetteerd ook daadwerkelijk bij de omroepen terecht komen, doordat de gemeenten hier geen zeggenschap meer over hebben. Gemeenten kunnen dan niet meer bepalen om minder dan het gebudgetteerde bedrag aan lokale omroepen uit te geven. Doordat lokale omroepen kunnen beschikken over grotere budgetten, kan een zekere ondergrens aan kwaliteit worden bewaakt. Dit geeft lokale omroepen meer armslag bij het uitvoeren van hun democratische functies. Verder kan het beschikbare budget ook efficiënter worden ingezet door schaalvergroting. Daarnaast zijn omroepen door de wettelijke taakstelling van de NLPO straks ook minder afhankelijk van het advies van gemeenten als zij aangewezen moeten worden. Het blijft bij schaalvergroting wel een punt van aandacht dat het lokale karakter van de omroep behouden blijft. Daarbij is een verantwoordelijkheid weggelegd voor de lokale omroep om iedere stad of dorp in haar verzorgingsgebied op een passende manier mee te nemen in haar media-aanbod.
[1] Voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met de versterking van de uitvoering van de publieke mediaopdracht op lokaal niveau
[2] Lokale media: Niet te Missen, Raad voor het Openbaar Bestuur en Raad voor Cultuur, november 2020, p. 22
[3] Lokale media: Niet te Missen, Raad voor het Openbaar Bestuur en Raad voor Cultuur, november 2020, p. 21-23.
[4] Lokale media: Niet te Missen, Raad voor het Openbaar Bestuur en Raad voor Cultuur, november 2020, p. 23.
[5] Artikel 2.1 Mediawet 2008.
[6] Toelichting op het voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met de versterking van de uitvoering van de publieke mediaopdracht op lokaal niveau, p. 41.
[7] Artikel 2.63, tweede lid.
[8] Advies organisatie en financiering lokale publieke omroepen, Raad voor het Openbaar Bestuur en Raad voor Cultuur, september 2019, p. 2.
[9] Aandacht voor media. Naar nieuwe waarborgen voor hun democratische functies, Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid, september 2024, p. 153.
[10] Toelichting op het voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met de versterking van de uitvoering van de publieke mediaopdracht op lokaal niveau, p. 29-31.
[11] Advies organisatie en financiering lokale publieke omroepen, Raad voor het Openbaar Bestuur en Raad voor Cultuur, september 2019, p. 13.
[12] Toelichting op het voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet 2008 in verband met de versterking van de uitvoering van de publieke mediaopdracht op lokaal niveau, p. 36.