Zinspelen op de samenleving

Over het referentiekader van een wet

De wetgever stelt niet alleen normen vast. Wie erop gaat letten vindt in wetteksten ook talloze referenties aan actoren, gedrag en omstandigheden - verwijzingen naar een wereld waarin de rechtsfiguren van de wet zullen moeten werken. Bij het maken van wetten geeft de wetgever - door min of meer bewuste selectie, abstractie en detaillering - allerlei voorstellingen van de werkelijkheid. Samen vormen deze keuzes het referentiekader van de wet: een vocabulaire dat een voorstelling geeft van de wereld waarin de wetgever wil interveniëren.

In ‘Zinspelen op de samenleving’, zijn bijdrage aan de jubileumbundel voor het 10-jarig bestaan van Wetgevingswerken dit jaar, gaat Olaf Kwast in op de referentiekaders van wetgeving. Zijn indruk is dat de wetgever in haar aandacht voor het referentiekader een wereld heeft te winnen. De tastbaarheid van het referentiekader is immers van invloed op het vermogen van mensen om zich daadwerkelijk op de wettelijke voorschriften te oriënteren. Aandacht voor het referentiekader bij het ontwerpen van wetten kan daarom bijdragen aan het vermogen van de wetgever tot voor de samenleving relevant handelen.

Benieuwd? Olaf’s bijdrage vind je hier.

Vorige
Vorige

Drie tips voor het omzetten van de inspraakverordening in een participatieverordening

Volgende
Volgende

De law (reform) commission